Nieuw onderzoek
Naloxegol niet minder effectief dan methylnaltrexon bij obstipatie
In het kort
Bij de behandeling van opioïd-geïnduceerde obstipatie lijkt naloxegol niet minder effectief te zijn methylnaltrexon.
Naloxegol lijkt in vergelijking met methylnaltrexon niet minder effectief bij de behandeling van opioïd-geïnduceerde obstipatie. Dit blijkt uit een Amerikaanse retrospectieve studie met gehospitaliseerde patiënten met opioïd-geïnduceerde obstipatie.
Methode
De onderzoekers vergeleken naloxegol met subcutaan toegediend methylnaltrexon. De primaire uitkomstmaat was het krijgen van ontlasting binnen 48 uur na de eerste dosering. Er waren meerdere aanvullende uitkomstmaten waaronder de kosten per patiënt en – als veiligheidsuitkomstmaat – de noodzaak tot een motiliteitsremmend middel. Het onderzoek had een non-inferioriteit opzet met een non-inferioriteitsmarge van 15%.
Resultaten
De onderzoekers includeerden 330 patiënten, waarvan 220 methylnaltrexon en 110 naloxegol gebruikten. In de naloxegolgroep had 68,2% van de patiënten binnen 48 uur ontlasting. In de methylnaltrexongroep was dit bij 72,7% het geval. Het 90%-betrouwbaarheidsinterval (90%BI) was -13,6 tot 4,5%. Omdat het 90%BI lag binnen de -15 tot 15% was er sprake van non-inferioriteit (p=0,028). Volgens de onderzoekers was naloxegol per patiënt $193,16 goedkoper dan methylnaltrexon. Motiliteitsremmers waren bij naloxegolgebruikers vaker nodig dan bij methylnaltrexongebruikers (p=0,044).
Discussie
Op basis van de vooraf bepaalde non-inferioriteitsmarge is naloxegol niet minder effectief dan methylnaltrexon. Naloxegol is iets goedkoper, maar hing wel samen met vaker gebruik van motiliteitsremmers. Op grond van verschil in toedieningsvorm tussen naloxegol en methylnaltrexon valt een non-inferioriteitsopzet te verdedigen. Voor de klinische praktijk is echter vooral belangrijk of een geneesmiddel geschikter is dan een ander middel. Op basis van de gegevens uit dit onderzoek is deze conclusie niet te trekken.
Belang voor de praktijk
De preventie en behandeling van opioïd-geïnduceerde obstipatie gebeurt in principe met osmotisch werkende of volumevergrotende laxantia en/of contactlaxantia. Bij onvoldoende werking van deze middelen is het starten van een perifeer werkende µ-receptor antagonist (PAMORA) een mogelijkheid. Er is weinig bekend over onderlinge verschillen tussen PAMORA’s. In de dagelijkse praktijk zijn eventuele verschillen in effectiviteit, veiligheid of kosten van belang voor het maken van een juiste keuze voor een PAMORA. Er is weinig onderzoek dat PAMORA’s onderling vergelijkt. Deze studie doet dat wel en draagt daarmee bij aan de keuze voor een bepaalde PAMORA. In de IKNL-richtlijn Obstipatie in de palliatieve fase (2022) hebben zowel naloxegol als methylnaltrexon een plaats bij de behandeling van opioïd-geïnduceerde obstipatieals reguliere laxeermiddelen onvoldoende effect hebben. Tijdens het opstellen van de huidige NHG-Standaard Obstipatie (2010) was naloxegol nog niet beschikbaar.
Belangenverstrengeling
De auteurs meldden dat ze geen relevante financiële belangen hadden.
Bron
Nero R. et al. Impact of oral naloxegol vs subcutaneous methylnaltrexon in treatment of opioid-induced constipation in the hospital setting. Am J Heath Syst Pharm. 2022 November 28;zxac356.
Laatst gewijzigd op 12 mei 2023